Please activate JavaScript!
Please install Adobe Flash Player, click here for download

sera infobrochure - Gezonde aquariumvissen

6.7 Behandeling van aantasting door visbloedzuigers Diagnose pagina 17 De larven van deze worm dringen in de huid van een vis en leven daar onder zijn schubben tot ze geslachtsrijp zijn. (De volwassen wor- men, ongeveer 3 – 5 mm grote dieren, kruipen op de huid rond. Ze zijn doorzichtig en nauwe- lijks herkenbaar.) De infectie leidt tot ontstekin- gen en – bij sterke aantasting – worden grote delen van de vissenhuid vernietigd hetgeen de dood van de vis tot gevolg heeft. De schub- worm heeft slakken als gastheer nodig. Het vermeerderen en uitbreiden van de parasieten kan dus door het bijeenzamelen van slakken ingedamd worden (gebruik hiervoor b.v. sera snail collect). De wormen zelf worden met sera omnipur of sera mycopur opgeruimd. Schubworm / Transversotrema sp. De afgestorven larven (onder de schubben) worden na enige tijd door het weefsel afgesto- ten. Wanneer larven (zogeheten metacercarieën) van andere zuigwormsoorten door het lichaam van de visgastheer trekken, kan letsel ont- staan, hetgeen tot enkele karakteristieke ziek- tebeelden leiden kan – zoals b.v. wormstaar (vertroebeling van het oog) en de zwartestip- ziekte. Diagnose pagina 18 Visbloedzuigers behoren tot het geslacht van de ringwormen (Annelida), waartoe ook bekende niet- parasitische soorten als de regenworm of tubifex behoren. De visbloedzui- ger hecht zich met zijn mondzuignap aan vissen en zuigt hun bloed. Daarbij spuit hij hirudine, een stollingsremmende stof, in de wond. De verzadigde worm laat zich uiterlijk na 2 dagen van de vis vallen. Bij het zuigen verwondt hij de huid van de vis (zelden kieuwen of vinnen). Het bloedverlies zelf – ook door nabloedingen – leidt altijd tot verzwakking, bij kleinere vissen is het soms direct dodelijk. Vaak ontstaan er op de zuigplek gevaarlijke secundaire infecties. Bo- vendien kunnen de bloedzuigers bij het zuigen stadia van parasieten overdragen, die ze bij het vorige zuigen aan een andere vis hebben opge- nomen. Visbloedzuigers of cocons met jonge dieren er- van kunnen met nieuw gekochte vissen, levend voeder of waterplanten meekomen. Door vaak water te vervangen, de wormen te verzamelen Visbloedzuiger Visbloedzuiger / Pisciola sp. en de inrichtingsvoorwerpen en planten grondig te reinigen kun je de bloedzuigerpopulatie uit- dunnen en uiteindelijk geheel verwijderen. Gro- tere cichliden eten graag bloedzuigers en moe- ten – voor zover het resterende bestand dit toelaat – ingezet worden om ze te bestrijden. Als het nodig is om bloedzuigers van de vis zelf te verwijderen, b.v. bij massale aantasting, moeten de wormen heel voorzichtig, vlakbij de voorste zuignap, met een stompe pincet wor- den verwijderd. De maag van de worm (het middelste gedeelte) mag daarbij niet samenge- drukt worden, omdat de bloedzuiger dan zijn maaginhoud in de wond uitbraakt en zo het ri- sico op overdracht van een ziekte verhoogd wordt. Hetzelfde geldt voor andere maatregelen die de worm irriteren kunnen (er b.v. direct zout op strooien). Het is veiliger, de worm pas uit de bak te verwijderen, wanneer hij de vis vrijwillig verlaten heeft. Het gebruik van sera ectopur ondersteunt de genezing van de wond op de zuigplekken en voorkomt ontstekingen. Bij reeds bestaande infecties helpt sera baktopur. 6.6 Behandeling van platwormziekte 35