Please activate JavaScript!
Please install Adobe Flash Player, click here for download

sera infobrochure - Gezonde aquariumvissen

6.8 Behandeling van aantasting door kreeftachtigen De grote groep kreeftachtigen (Crustacea) om- vat ook enkele parasitisch bij zoet- en zeewa- tervissen levende soorten. Ondanks de deels misleidende namen (b.v. karperluis en anker- worm) en hun vaak ongewoonlijke uiterlijk be- horen alle hieronder genoemde parasieten tot de kreeftachtigen. Bloedzuigende kreeftachtigen zijn niet alleen wegens het bloedverlies en de mogelijke in- fecties van de zuigwonden een gevaar voor de vissen, maar brengen bovendien ook allerlei ziekteverwekkers van de ene vis naar de ande- re. Daar komt nog een groep kreeftachtigen bij, die weliswaar zelf niet parasitisch leven, maar voor andere parasieten als gastheer die- nen. Zo kunnen vissen door stadia van para- sieten geïnfecteerd raken, wanneer ze deze kreeftachtigen eten (Copepoden kunnen bij- voorbeeld gastheer voor lintwormlarven zijn). Het binnenkomen van deze kreeftachtigen kan worden voorkomen, door van potentieel ge- vaarlijk vries- en levend voeder af te zien (alle sera voeders zijn gegarandeerd parasietenvrij) en voorzichtig te zijn bij de nieuwe aanschaf van dieren en planten (b.v. door quarantaine- maatregelen). Mochten er toch een keer para- sitische kreeftjes opduiken, wordt om de infec- ties, die daar het gevolg van zijn, te behandelen b.v. sera baktopur gebruikt. Con- sequente hygiënemaatregelen, zoals het meermaals verversen van het water en het zorgvuldig reinigen van inrichtingsvoorwerpen, bodemgrond en planten dunnen de populatie parasitische kreeftjes uit, tot ze uiteindelijk ge- heel verdwijnen. Bij hardnekkige problemen met parasitische kreeftjes; zie ook de informatie bij sera med Professional Argulol vanaf pagina 57. Diagnose pagina 18 Behandeling zie hierboven Naast de bij vijvervissen optredende meestal in- heemse karperluissoorten zijn er ook tropische kar- perluizen, die in het zoet- en zeewateraquarium voorkomen. Het zijn goede zwemmers en in het vrije water zoeken ze een vis als gastheer en hechten zich met hun twee zuignappen aan diens huid. Daar zuigen ze (soms wekenlang) bloed en veranderen daarbij vaak van zuigplek. Enkele soorten injecteren bovendien een gif, resp. allergeen, dat tot ontstekings- en vergifti- gingsverschijnselen en zelfs de dood leiden kan. Verder kunnen ze bij het zuigen ziektever- wekkers van de ene vis op de andere over- brengen. Door bloedverlies is er altijd sprake van verzwakking van de aangetaste vissen. Vaak ontstaan secundaire infecties. Diagnose pagina 19 Behandeling zie hierboven De kreeft Lernaea wordt door aquarianen meestal “ankerworm” genoemd, omdat hij met een vertakt hechtorgaan aan zijn vooreinde diep in de vissenhuid verankerd is en een langgerekte lichaamsvorm zonder zichtbare ledematen heeft. Aan het achtereinde bevin- den zich bij het vrouwtje twee zakvormige uit- groeisels, waarin zich eitjes ontwikkelen. De vissen raken door het voortdurende bloedver- lies en ernstige ontstekingen op de diepe aan- hechtingsplaatsen erg verzwakt. Argulus Karperluis / b.v. Argulus Ankerworm / Lernaea 36