Please activate JavaScript!
Please install Adobe Flash Player, click here for download

sera infobrochure - Zeewateraquariums

12 Clownvissen leven symbiotisch met verschil- lende anemonen samen. De vissen vinden bescherming tussen de tentakels van de ne- telende anemoon en zijn zelf immuun voor het netelgif ervan. Ook hun nakomelingen worden in de directe omgeving van de ane- moon uitgebroed. Aan de andere kant profi- teert de anemoon van de voederresten en de uitwerpselen van de vissen. Bij dit hoofdbe- standdeel van de biotoop passen azuren juf- fertjes, poetsgarnalen en zee-egels. Bouw op de achtergrond tot halve hoogte van de achterwand van het aquarium grote levende stenen op. Op de bovenste stenen laat u later stralend groen wier Caulerpa (1) groeien. De snel groeiende alg onttrekt scha- delijke stoffen als ammonium en nitraat aan het water. De alg moet regelmatig afgeoogst worden, om niet alle andere organismen in het aquarium te overgroeien. Verwijder daar- toe telkens minimaal een derde van de scheuten. Voor de grote levende stenen plaatst u vlakke levende stenen die ideaal geschikt zijn voor de begroeiing met korstanemonen (2) en klei- nere zachte koralen (3). Op de voorgrond plaatst u centraal als blikvanger een tapijt- anemoon (4), omgeven door fijn, helder zand. Begin na het opbouwen van de stenen eerst met de bezetting van de korstanemonen. Een tot twee weken daarna moet de tapijt- anemoon op de voorgrond worden geplaatst. Let er bij de anemoon met name op dat het bloemdier niet te groot is. Wij raden aan al- leen kleinere exemplaren met een diameter van maximaal 20 cm te plaatsen. Het is be- langrijk dat de anemoon bij het transport geen verwondingen opgelopen heeft en dat de mondschijf van het dier intact is. De ane- moon heeft een effen, zandige plaats nodig. In het centrum hiervan moet zich een vlakke steen bevinden waarop het dier zich vastzet- ten kan. Onder bepaalde omstandigheden kan de anemoon zich ook op de ruit op de bodem van het aquarium vastzuigen. Nadat de anemoon zich vastgezet heeft, worden de clownvissen (5) erbij gezet. Anemonen van het geslacht Stichodactylus nemen de vissen van het soort Amphiprion ocellaris in de regel goed aan. De vissen trek- ken zich in de anemoon terug. 2.1 Biotoop: clownvis, anemoon 2 3 5 4 1